Skip to content

Mosterdgas, het eerste chemotherapeuticum

Tot aan de tweede wereldoorlog waren chirurgie en bestraling de enige wapens tegen kanker. Er bestond geen enkel effectief geneesmiddel en de diagnose kanker betekende eigenlijk altijd een doodsvonnis. Het meest duidelijk was dit bij kinderen die leukemie kregen en vaak al overleden binnen drie maanden na de diagnose.
mosterdgas

Hoe mostergas de weg baande voor chemotherapie.

Het was begin de twintigste eeuw duidelijk geworden dat zelfs uitgebreide chirurgie in combinatie met de nog vrij recente ontwikkeling van bestralingen slechts beperkt effectief was bij de behandeling van kanker. Ondertussen waren de geleerden op universiteiten en bij de vanuit de chemische industrie ontstane farmaceutische bedrijven naarstig op zoek naar middelen die kankercellen konden doden terwijl de normale cellen en daarmee de patiënten zouden blijven leven. Echter, zonder enig succes. Het bleek dat middelen die giftig waren voor kankercellen ook altijd even giftig bleken voor de normale cellen.

Duizenden oorlogsslachtoffers door mosterdgas

De Duitse chemische en farmaceutische industrieën hadden zich ondertussen op bevel van Keizer Wilhelm geworpen op de ontwikkeling van gifgassen die uiteindelijk op 12 juli 1917 in de vorm van mosterdgas voor het eerst werden gebruikt tegen de Britse troepen nabij het Belgische Ieper. Duizenden Britse soldaten werden die dag vergiftigd en overleden aan de acute gevolgen. Ook bleken er gevolgen op de langere termijn. De cellen in het beenmerg bleken zodanig beschadigd dat er ernstige bloedarmoede en gebrek aan witte bloedcellen optrad gevolgd door ernstige moeheid en een grote vatbaarheid voor infecties. De medische publicatie hierover in 1919 met mogelijke toepassingen voor kanker van het beenmerg (leukemie) bleef echter onopgemerkt totdat bijna een kwart eeuw later er een ernstig ongeluk plaatsvond dat krampachtig geheim werd gehouden voor het algemene publiek.

Hoewel de strijdende partijen gedurende de tweede wereldoorlog hebben afgezien van het gebruik van chemische wapens waren deze wel ruim voorradig en klaar voor gebruik. Zo gebeurde het dat in 1943 de Duitse Luftwaffe een groep Amerikaanse schepen bombardeerde vlak voor de kust van Zuid-Italië waarbij een van de schepen tot ontploffing werd gebracht en daarmee ook de lading van het schip vrijkwam, namelijk 70.000 kilo mosterdgas! Niet alleen de bemanning van het schip, maar ook een deel van de bewoners van het naburige Italiaanse plaatsje Bari ervaarden de verschrikkelijke gevolgen. Binnen een paar maanden na de ontploffing waren meer dan duizend mensen overleden. Om een volledig politiek debacle te voorkomen werden onmiddellijk alle dode en overleden Amerikaanse zeelieden naar de VS teruggebracht en werden Amerikaans medici naar Bari gestuurd om de lokale bevolking af te zonderen, de gewonden te behandelen en autopsies te verrichten op de overledenen. Er werd opnieuw waargenomen wat al in de hierboven genoemde publicatie uit 1919 was beschreven: mosterdgas dood beenmergcellen met ernstige bloedarmoede en gebrek aan witte bloedcellen tot gevolg. Ditmaal ging er echter bij een aantal medici wel een licht branden en werden de effecten van mosterdgas op bloedkankercellen verder bestudeerd aan de Yale universiteit in de VS. Nadat intraveneus toegediend mosterdgas in de vorm van mosterdnitraat bij proefdieren de witte bloedcellen deed verdwijnen werd dit voor het eerst toegepast bij een patiënt met een kwaadaardig lymfoom. En er was resultaat, en in eerste instantie zelfs spectaculair! De gezwollen lymfklieren verkleinden en de patiënt kwam al snel in remissie. Helaas bleek ook dat het resultaat niet blijvend was. De kanker kwam niet alleen snel terug, maar ook nog eens in verhevigde mate.

Mosterdgas effent de weg voor de moderne chemotherapie

Door het anti-kankereffect van nitraatmosterd ontstond ineens het besef dat er mogelijk ook andere middelen zouden kunnen worden gemaakt die dodelijker zijn voor kankercellen dan voor normale cellen. Niet lang daarna werden er inderdaad nieuwe moleculen ontdekt zoals 6-mercaptopurine, amopterine, methotrexaat en vincristine, middelen die voor het eerst kinderen met leukemie althans tijdelijk in remissie konden brengen. Echter, steeds bleek ook weer hetzelfde. Na een aanvankelijke snelle remissie kwam de leukemie terug met resistente en nog kwaadaardigere kankercellen. Uiteindelijk kwam men in de jaren zestig op het idee dat het combineren van verschillende middelen resistentie zou kunnen voorkomen. En inderdaad bleek dat een schot in de roos en er kwamen geleidelijk aan meldingen over patienten met leukemie en de ziekte van Hodgkin die na dergelijke combinatietherapieën genezen konden worden verklaard. Helaas waren er doorgaans ook vaak ernstige bijwerkingen, vooral bij organen en weefsels met snel delende cellen waardoor naderhand onvruchtbaarheid optrad, aanhoudende maagdarmklachten en vanwege de schade aan het immuunsysteem later nieuwe vormen van kanker ontstonden.   

In de daaropvolgende jaren heeft men chemotherapie steeds weer verder kunnen verbeteren door combinaties van nieuwe middelen, hogere doseringen en het bestrijden van de optredende bijwerkingen zoals met krachtige middelen tegen misselijkheid en braken en beenmergtransplantaties.

Sinds de snelle toename van de kennis over de genetica van kankercellen worden er in toenemende mate nieuwe middelen ontwikkelt die specifiek tegen de zogenaamde gen mutaties van kankercellen werken of die bepaalde onderdelen van ons eigen afweersysteem stimuleren. Soms zijn de resultaten daarvan ronduit spectaculair zoals de genezing van de oud-president Jimmy Carter die een naar de lever en hersenen uitgezaaid melanoom had.

Toch zien we dat kankercellen zich ook aan die moderne middelen snel kunnen aanpassen en resistent worden. Nog afgezien van de vaak door deze moderne meer gerichte medicijnen veroorzaakte ernstige en soms zelfs levensbedreigende bijwerkingen. Meer als regel dan als uitzondering maakt dit dat de oncoloog op een gegeven moment toch moet teruggrijpen naar de aloude chemotherapie. Zoals het ernaar uitziet zal voor de naaste toekomst de klassieke chemotherapie de ruggengraat van de behandeling van kanker blijven en zal kanker helaas vaak nog een dodelijke ziekte zijn.

Preventie is en blijft daarmee voorlopig nog de enige zekere manier om niet aan kanker te overlijden.

William Cortvriendt is medicus en auteur van diverse bestsellers over de relatie tussen leefstijl, ziekte en gezondheid zoals Hoe word je 100 en Lichter. Binnenkort wordt zijn nieuwe boek Kankervrij gepubliceerd over wat we zelf kunnen doen om kanker te overwinnen.

Share on facebook
Facebook
Share on twitter
Twitter
Share on linkedin
LinkedIn
Share on pinterest
Pinterest